01 april 2020

Werkgevers opgelet: ogenschijnlijke fout in NOW-regeling kan grote gevolgen hebben!

De Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW) is iets meer dan een dag oud. Omdat de regeling met grote snelheid tot stand moest worden gebracht, kon worden verwacht dat de regeling niet foutloos zou zijn. En inderdaad, inmiddels zijn wij op een (ogenschijnlijke) fout in de regeling gestuit die – zonder wijziging van de regeling – grote gevolgen kan hebben voor werkgevers. Het gaat om het volgende.

De hoogte van de compensatie wordt berekend op basis van het sv-loon in het tijdvak januari 2020. Als de loonsom in de maanden maart t/m april 2020 lager uitvalt dat de loonsom waarop de compensatie is gebaseerd (bijvoorbeeld doordat de werkgever contracten voor bepaalde tijd niet heeft verlengd) vindt een verrekening plaats met de compensatie. De hoogte van het bedrag dat wordt afgetrokken van de looncompensatie is gelijk aan 90% van het verschil tussen de loonsom waarop de compensatie is gebaseerd en de in de maanden maart t/m april daadwerkelijk betaalde loonsom (art. 7 lid 2 NOW).

Opvallend hieraan is dat bij de berekening van het bedrag dat moet worden verrekend met de compensatie geen rekening wordt gehouden met het percentage van het geleden omzetverlies. Omdat bij de initiële berekening van de hoogte van de compensatie wel rekening wordt gehouden met het geleden omzet verlies, kan dit tot gekke (en ongewenste) consequenties leiden:

  • Het te verrekenen bedrag zal in verhouding hoger zijn als de werkgever een kleiner omzetverlies heeft geleden dan wanneer de werkgever een groter omzetverlies heeft geleden. Alleen bij een omzetverlies van 100% staat het te verrekenen bedrag volledig in verhouding met de afname van de hoogte van de loonsom. Naarmate het omzetverlies kleiner wordt, zal het te verrekenen bedrag steeds meer uit verhouding staan met de afname van de loonsom. Sterker nog, het kan voorkomen dat het te verrekenen bedrag hoger is dan de totale compensatie. Dat is het geval als de relatieve afname van de loonsom groter is dan de percentuele omzetdaling. Zo zal een werkgever wiens omzet met 20% is gedaald en wiens gemiddelde loonsom in de maanden maart t/m april 2020 26% lager is dan de loonsom in de maand januari 2020 uitkomen op een looncompensatie van minus 7,02% van de oorspronkelijke looncompensatie.
  • De loonsom kan in maart t/m mei 2020 ook om een andere reden dan een verkleining van het personeelsbestand lager uitvallen dan de loonsom in januari 2020. Dat is bijvoorbeeld het geval als de werkgever in januari 2020 een bonus of dertiende maand aan de werknemers heeft uitbetaald. De NOW-regeling voorziet niet in een mogelijkheid om de bonussen uit te sluiten van de berekening van de loonsom waarop de compensatie wordt gebaseerd. Op zichzelf is dat geen probleem, omdat de werkgever er van tevoren rekening mee kan houden dat de definitieve compensatie lager wordt vastgesteld en gedeeltelijk moet worden terugbetaald. Door de wijze waarop het te verrekenen bedrag wordt berekend, zal de hoogte van de definitieve compensatie een stuk lager uitkomen als de bonus/dertiende maand in januari 2020 is uitbetaald, dan wanneer uitbetaling in een willekeurige andere maand heeft plaatsgevonden. Bovendien zal de compensatie in verhouding steeds lager uitvallen naarmate het percentuele omzetverlies lager is (zoals hiervoor toegelicht).

De bovenstaande consequenties lijken niet te zijn beoogd. De toelichting op de regeling wijst daar in ieder geval niet op. Als inderdaad sprake is van een fout in de regeling, dan kan deze betrekkelijk eenvoudig worden verholpen door het te verrekenen bedrag te vermenigvuldigen met het percentage omzetverlies (de formule in art. 7 lid 2 NOW luidt dan: A x (B x 3 – C) x 1,3 x 0,9). Totdat de regeling wordt aangepast (als dat al gebeurt) doen werkgevers er verstandig aan om er rekening mee te houden dat een (voorzienbare) daling van de loonsom voor de werkgever zeer nadelig kan uitwerken.