18 december 2017

Geen onderdeel van een categorie Voortijdige beëindiging leasecontract; voor wiens rekening komt de afkoopsom?

Een leaseauto van de zaak is een populaire arbeidsvoorwaarde. Doorgaans sluiten partijen een gebruikersovereenkomst waarin is vastgelegd gedurende welke periode de auto ter beschikking wordt gesteld en wat de consequenties zijn als de werknemer eerder uit dienst treedt. Vaak wordt de werkgever in een dergelijk geval met aanvullende kosten geconfronteerd. De Rechtbank Midden-Nederland oordeelde recent dat de werkgever deze kosten niet zonder meer op de werknemer kan verhalen.

Wat was er gebeurd?

De werkgever had aan de werknemer een leaseauto ter beschikking gesteld voor de duur van vier jaar. De werkgever had hiervoor een leasecontract gesloten met een leasemaatschappij, waarin onder andere een regeling was opgenomen voor het geval de werkgever het leasecontract voortijdig zou beëindigen. De werkgever zou in dat geval een afkoopsom moeten betalen.

De werkgever had daarnaast een gebruikersovereenkomst gesloten met de werknemer. Deze bevatte eveneens een regeling voor het geval de werknemer zijn arbeidsovereenkomst voortijdig zou beëindigen. De werkgever wenste immers niet met aanvullende kosten te worden geconfronteerd. Kort gezegd waren er drie mogelijkheden:

1. de werknemer neemt de auto mee naar de nieuwe werkgever;
2. de werknemer voldoet de kosten van vroegtijdige beëindiging van de gebruikersovereenkomst (de afkoopsom); of
3. de werkgever stelt de auto ter beschikking aan een andere medewerker.

De werknemer heeft vervolgens met ingang van 1 juni 2016 zijn arbeidsovereenkomst opgezegd. De resterende looptijd van het leasecontract en de gebruikersovereenkomst bedroeg op dat moment nog 44,5 maand. De nieuwe werkgever wenste de leaseauto niet over te nemen. De werknemer leverde de leaseauto daarom in en de werkgever besloot, zonder overleg met de werknemer, de auto aan een nieuwe medewerker ter beschikking te stellen. Op die manier hoefde de werkgever geen afkoopsom aan de leasemaatschappij te betalen over de resterende 44,5 maand. De nieuwe medewerker betaalde echter een lagere maandelijkse eigen bijdrage. Hierdoor werd de werkgever alsnog met aanvullende kosten geconfronteerd en deze probeerde de werkgever op de werknemer te verhalen.

Rechter: de werkgever kan de kosten niet op de werknemer verhalen

Volgens de rechter valt het verschil in de maandelijkse eigen bijdrage niet onder één van de drie opties die in de gebruikersovereenkomst zijn opgenomen. Deze biedt de werkgever weliswaar de mogelijkheid om de auto aan een andere medewerker ter beschikking te stellen, maar voorziet niet in de situatie dat deze medewerker een lagere eigen bijdrage betaalt. De werkgever kan het verschil in de eigen bijdrage daarom niet op de werknemer verhalen. Bovendien heeft de werkgever niet vooraf met de werknemer besproken of de auto aan een andere medewerker ter beschikking zou worden gesteld en wat de mogelijke (financiële) consequenties hiervan zouden zijn. De werknemer mocht er daarom op vertrouwen dat als de leaseauto aan een andere medewerker ter beschikking zou worden gesteld, haar verplichting om een afkoopsom te betalen – in welke vorm dan ook – zou komen te vervallen.

Kortom, werkgevers dienen op voorhand goed na te denken welke financiële consequenties een vroegtijdige beëindiging van de leaseregeling kan hebben. Deze kunnen alleen op de werknemer worden verhaald als dit in de gebruikersovereenkomst is vastgelegd. Bovendien geniet het de voorkeur de werknemer bij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst (nogmaals) te informeren over de financiële gevolgen met betrekking tot de leaseauto.

Heeft u vragen? Of zou u graag advies willen over de gebruikersovereenkomst? Neem dan contact op met Ilse Kersten.